samen met de getroffen landen en internationale technische partners en netwerken, die de wereldwijde reactie op MERS op gezondheidsgebied coördineert, waaronder: het verstrekken van bijgewerkte informatie over de situatie; het uitvoeren van risicobeoordelingen en gezamenlijk onderzoek met nationale autoriteiten; het bijeenroepen van wetenschappelijke vergaderingen; en het ontwikkelen van richtsnoeren en opleiding voor gezondheidsautoriteiten en technische gezondheidsagentschappen met betrekking tot aanbevelingen voor tussentijds toezicht, laboratoriumtests van gevallen, infectiepreventie en-bestrijding en klinisch beheer.,
De Directeur‐Generaal riep op grond van de internationale Gezondheidsregeling (2005) een Spoedcommissie bijeen om te adviseren over de vraag of deze gebeurtenis een noodsituatie op het gebied van de volksgezondheid van internationaal belang (Pheic) vormt en over de maatregelen op het gebied van de volksgezondheid die moeten worden genomen. Het Comité is een aantal keren bijeengekomen sinds de ziekte voor het eerst werd vastgesteld. De WHO moedigt alle lidstaten aan hun toezicht op ernstige acute luchtweginfecties (sari) te verbeteren en ongebruikelijke patronen van sari-of longontsteking zorgvuldig te onderzoeken.,
landen, ongeacht of er in deze landen al dan niet besmettingen zijn gemeld, moeten een hoog niveau van waakzaamheid handhaven, met name landen met grote aantallen reizigers of migrerende werknemers die terugkeren uit het Midden-Oosten. Het toezicht in deze landen moet verder worden verbeterd volgens de WHO-richtsnoeren, evenals procedures voor infectiepreventie en-bestrijding in gezondheidszorginstellingen., De WHO blijft de lidstaten verzoeken aan de WHO verslag uit te brengen over alle bevestigde en waarschijnlijke gevallen van besmetting met MERS-CoV, samen met informatie over hun blootstelling, tests en klinische loop, teneinde de meest doeltreffende internationale paraatheid en respons te bepalen.